De route tussen Francistown en Maun in Botswana is lang en best eentonig. De enorme potholes in de strook asfalt zorgen voor afwisseling, de ezelwagentjes, af en toe een dorp en koeien, veel koeien, geiten en ezels die grazen in de brede grasbermen en oversteken wanneer het hen belieft. Verder grote leegte. Maar met een snelheid van 120 kilometer die geoorloofd is, behalve als we een dorp passeren, schiet het best lekker op. Tot we het Nxai Pan nationale park binnenrijden. De A3 doorkruist de beroemde zoutpannen en af en toe zien we immense baobabs hun dorre takken de lucht insteken. De snelheid moet teruggebracht worden tot een schamele 80 kilometer. Er is niks en niemand op de prachtige strook asfalt en het wordt een lange (85 kilometer) marteling. Maar we zijn gewaarschuwd, de politie in Botswana is streng, zeer streng, rechtvaardig en onvermurwbaar. Pas als we ingehaald worden door een paar locals, durven we vaart te meerderen. Aan het eind van het park moet de snelheid teruggebracht worden tot 60. Er volgt een stopkruising en een politieauto aan de overkant. De blauwe lichten flitsen op en we worden gemaand te stoppen. Verbijsterd kijken we de jonge agent aan. “I caught you,” zegt hij tevreden. “Je bent erbij. Je reed te hard.” We denken aan het lange stuk waarop we inderdaad de snelheid overtreden hebben, maar hier hebben we toch afgeremd? Peter moet naar de politie- auto komen. Waarom 60 kilometer ineens na de eindeloze 80? “Er is hier een kruising,” wijs de agent. Ja hoor, een lege weg, een lege kruising, 9 kilometer te hard en we krijgen een bekeuring. Die ter plaatste afgerekend moet worden in pula, de Botswaanse munt. Ons was verteld dat je in Botswana alles met credit card betaalt, dus pula hebben we niet. “Dan moet ik je inrekenen,” zegt de agent. “Want je bent verplicht pula bij je te hebben.” Het vraagteken op ons hoofd wordt steeds groter. Als we aanbieden in Maun dan alles te betalen, strijkt hij over zijn hart. “I give you a break.” Aardig, streng, rechtvaardig.

Tekst: Marjolein Westerterp